Frodo & Co, Lords of Game
Bartleby over leiding geven

Alle artikelen

(min of meer chonologisch)

Bartleby over leiding geven

Hoe zou het toch komen dat ik zo ergerlijk vaak over steeds elementairder zaken schrijf? Omdat in de essentie van de dagelijkse omgang met je hond de grootste fouten gemaakt worden. Dat zou niet zo erg zijn, maar het is het fundament voor je toekomstige kwaliteit van samenwerken. Zoals zo vaak herhaald, als je basis niet goed is, kom je nooit ver. 


Correcte relatie

Je kun alsnog best een heel eind komen komen en wat diploma’s halen, maar nooit zo ver dan wanneer je samenspel correct is in al je samen zijn. Spelletjes en apporteer-technieken kun je overal leren, maar te vaak wordt de intrinsieke relatie baas-hond vergeten. Die is er op elk moment dat de hond jou kan waarnemen, zien of horen of ruiken. 

Men denkt ten onrechte dat professionals hun honden in de kennel houden omdat ze er te veel hebben, maar dat is niet de belangrijkste reden. De belangrijkste reden is dat je verhouding met de hond correct moet zijn en dat lukt niemand als de hond (vaak en veel) los om je heen loopt. Als een prof een hond voor dat ene half uurtje uit de kennel haalt, staat die hond perfect op scherp! Als mijn hond de hele dag bij mij in huis is en mij dus de hele dag probeert naar de hand te zetten, is onze relatie niet zo geweldig. Minder fris en vrolijk, meer gezeur en gedoe. Niemand ontkomt er aan.

De professional echter zal vermoedelijk best wat meer aan ‘bonding’ willen doen, want de band hecht maken is heel belangrijk, maar uitsluitend als het correct gebeurt. Dat is balanceren.

BONDING

Bonding lijkt in strijd met een correcte houding maar is dat zeker niet. Ik heb de afgelopen dagen te gezellig gejaagd en dan zit mijn pup deze dagen (met korte uitlaat momenten) in zijn ‘doosje’ (kleine vliegtuigkrat). Dat is voor af en toe prima, zijn eigen veilige kamertje, maar dan komt onvermijdelijk dat ik mijn schuldgevoel ga afkopen. Nadat hij zich vanmorgen thuis om half acht heeft gemeld naar buiten te willen, heb ik de deur open gezet en even meegelopen, maar daarna wil ik weer slapen en neem hem ferm bij me in bed. De pup is voor drie dagen uitgeslapen, feest!, maar na hem drie keer ferm neerduwen, begrijpt hij dat hij maar beter heel hard opnieuw kan gaan slapen. Twee uur later komt er pas weer beweging in; dit was wel speciaal!

Dat intensieve contact mag best een keertje, alias is af en toe nodig (hoeft nou niet bepaald in bed). Maar altijd met mij in de leiding, onder mijn conditie, mag de gunst beleefd worden. Na deze ene keer kent hij echter al de weg waar de baas zich graag in verstopt, dus ook hij! Een gunst moet een gunst blijven.
Een meer aan te bevelen manier van bonding is om samen op de grond te gaan zitten.

Net zo mooi is het om tijdens het uitlaat rondje de pup aan de lijn te nemen en samen van de wandeling te genieten, met jou in de leiding natuurlijk, maar vooral door hem fier te maken op zijn samenspel. 

Columnist Bartleby begon 2020 in The Economist met een optimistische serie aanbevelingen aan managers. Die acht aanbevelingen zijn 1 op 1 te vertalen tot de relatie baas-hond, want het is allebei leiding tonen en nemen, om tot de best werkresultaten te komen. Ik verstout me tot een vrije vertaling naar jouw leiderschap aan je hond.


1 - Deel eens een complimentje uit.

Mensen werken formeel wel voor een salaris, maar de prestatie en de inzet hangt af van hoezeer jij hun werk op prijs stelt. Anders is het voor werknemers moeilijk in te schatten of hun interpretatie van het werk nu wel of niet wordt gewaardeerd. Mensen kunnen dat soms nog wel zelf beredeneren, honden niet. Jouw hond heeft het nodig dat jij hem kenbaar maakt dat ‘logisch’ gedrag wordt gewaardeerd. Een blinde vlek bij heel veel voorjagers. Het laat zich niet — echt niet — met eten afkopen. Een beloning met koekje komt vrijwel altijd te laat en dus is je zachte, kalme, rustig vriendelijke stem ‘le ton qui fait la musique’. Zo lekker, zo fijn. Dat komt aan.

SAMEN UIT 

Een pup leert het belang van zijn leider goed in te schatten, door duidelijk leiderschap. En gedurende die wandeling, waarbij ik de richting en het tempo bepaal, is een geregeld moment van 1 of 2 seconden fijn gewaardeerd worden en wijzen van bonding die gedurende elke wandeling — ook later — essentieel blijft.

2 - Jij zet de toon, jouw gedrag is bepalend

Indien jij als leider lomp en ruw bent, dan heeft dat zijn uitstraling. Als jij altijd schreeuwt en snauwt dan mag het je niet verwonderen dat je hond je niet zo ‘leuk’ vindt ofwel serieus neemt. Smijt jij het aangenomen wild of dummy respectloos achter je neer? Waarom zou je hond dan respect voor jouw buit opbrengen? Ik behandel daarom het verse wild met respect en hang het weg of berg het op, dat begint met hoe ik respect toon voor niet alleen het brengen en aanreiken (aannemen) van de dummy, maar ook hoe ik er daarna mee om ga en dus wegstop in de tas. Curieus: ik betrap mij er soms op dat als ik mijn blijdschap wil tonen de dummy, op Japanse wijze, met twee handen aanneem. Bartleby zegt dan: als een manager af en toe denigrerend naar of over een collega praat, is dan niet zijn boodschap dat iedereen dat behoort te doen? De werksfeer zal het niet verbeteren.


3 - De verantwoordelijkheid begint bij jou

Als er een situatie gered moet worden dan is het aan de manager om daar voor te zorgen, daar ligt het initiatief; ook al is hij er niet voor verantwoordelijk. Hij hoeft het misschien niet eens zelf te doen, maar zeker wel uitstralen dat of hoe het moet gebeuren. Als ik een hond vooruit stuur en hem loopt halverwege een ander geurtje in de neus, waardoor hem een keer doorsturen niet meer helpt of waardoor hij van slag raakt, dan zal boos op de hond worden altijd negatief werken. Hij zal gretiger mij willen gehoorzamen als ik hem bij me neem en gewoon weer even opnieuw duidelijk maak wat ik van hem wil. Daarbij natuurlijk wel de voorwaarde scheppend, dat hij de opdracht aan kan. Het is mijn ervaring dat de inzet van mijn honden altijd 100% is, maar soms ben ik onduidelijk, soms word ik niet begrepen of soms begrijp ik het niet (hoe me duidelijk te maken terwijl er misschien een geur de hond anders vertelt). Dus werkt boos worden dan contra productief. Door mij steeds te oefenen duidelijk voor de hond te zijn, zal hij mij beter begrijpen en nog beter zijn best voor me doen.

WAARDERING

De aandacht die de hond voor mij wil hebben, heeft alles te maken met hoe serieus ik onze werk-relatie neem. Hoe zeer ik zijn gewenste gedrag waardeer en dat dus ook laat blijken. Nu wil hij jagen, want hij weet dat er ergens wat ligt, maar luistert omdat hij vertrouwen in mij heeft. Hij straalt van zelfvertrouwen, vertrouwen in mij dat ik hem naar buit help. Dat moet je verdienen. Of misschien heb ik hem wel ‘zit’ gefloten omdat er een dummy gaat vallen. Die valt dan op een zo gemakkelijke plek die hem niet zal doen bewegen, ik kan hem dan belonen voor zijn rust en misschien zal ik hem daarna sturen, of haal ik de dummy zelf op (en dat laatste kun je niet vaak gevoeg doen). De training is dat hij leert mijn waardering hoog te achten.

4 - Maak je bedoeling duidelijk

Als je naar een hoger niveau wilt, dan zul je dat doel goed duidelijk moeten maken. Mensen kun je met woorden uitleggen wat je wilt, honden niet. Dus knip je het volgende leerniveau op in kleine stukjes en beloont telkens weer dat hele kleine extra detail dat de hond goed begrijpt en goed doet. Jij bent de regisseur en het is aan jou om het ‘uit te leggen’.

Veel managers falen grondig in het uitleggen van de bedoeling van wat ze willen, terwijl dat zulk slecht resultaat oplevert.


5 - Gebruik geen jargon

Het is in tal van bedrijfstakken gebruikelijk om overal geweldige mooie benamingen voor te geven en het is juist dat wat tot misverstanden leidt (de maatschappelijke hulpverlening bijvoorbeeld is (vaak) goed ‘fout’ in wollig taalgebruik). Dure namen zijn dodelijk voor het functioneren van elke organisatie; het vertroebelt wel, maar verheldert niets. Simpele heldere opdrachten leiden tot het gewenste werkresultaat. Dat is tevens in simpele helder taalgebruik (iets wat bij dieren natuurlijk niet lukt). Dus weer: gooi niet alles tegelijk op een hoop, maar pak detail voor detail aan. Geldt het voor mensen al dat het beter werkt, als je beetje bij beetje de goede richting in werkt, voor honden geldt het zeker. 

Een simpel voorbeeld is een lijn vooruit. Op een kale grasvlakte brengen we samen een dummy weg en lopen dan ver in een rechte lijn er vandaan, maar als ik in de tweede fase denk hetzelfde te kunnen vragen in een enorm ruig veld, dan gaat het fout. Gemakkelijk leer ik de hond afstand te ontwikkelen op terrein zonder vertwijfeling; in ruigte is dat vele malen verwarrender wat het doel was en dus houd ik daar de afstand een stuk korter. Dat heet opbouwen en daarop kun je belonen. Een stap te moeilijk en je hond leert de verkeerde manier van werken; dat was jouw leiding, jouw verantwoordelijkheid, jouw onredelijkheid.

‘Spreek je moe’rs taal’ of wel ‘keep it simpel, stupid!’ George Orwell: ‘Gebruik geen exotische kreet, als er in je eigen taal een woord voor is.’ Imponeer gedrag, heet dat ook wel. John Halstead sr zei ooit (als ik mij niet vergis ging het over clicker maar in elk geval gebruik van een ‘hulpstuk’): ‘als ik het niet op de eenvoudige manier kan, denk je dan dat ik het op een ingewikkelder manier beter zou kunnen?’


6 - Lees je hond!

Luister naar je mensen; echt luisteren naar degene die op de werkvloer staat, die met het probleem moet dealen, dat helpt een leider goed leiding te geven. Onze honden worden vaak wel ‘een beetje gelezen’, maar te vaak met veel onverstand. Een jachthond heeft verstand van jagen en dus vertelt je hond je op elk moment hele verhalen. Wij mensen met ons mensen verstand begrijpen die verhalen maar half of niet. Hoe langer en vaker ik jaag met mijn honden, des te beter ik hen leer te begrijpen en ook wat het mij vertelt hoe leiding te geven. Daarvoor moet mijn hond wel basaal zijn vak verstaan (rustig en attent zitten en afwachten en netjes buit binnen brengen), maar als hij aan het werk is dan mag ik hem niet storen! Me er niet mee bemoeien! Hooguit kan ik dan ondersteunend zijn door naar links te leunen of te bewegen, maar nooit ingrijpen; alleen bij heel hoge uitzondering. Lezen is niet hetzelfde als bemoeien. Oh, wij mensen zijn zo onverbeterlijk hardleers.

Wie zich tijdens het werk met zijn hond bemoeit, die heeft de verkeerde hond gekocht (de verkeerde mensen ingehuurd volgens Bartleby).


7 - Vergaderingen zijn 80% verloren tijd

Ja, dat slaat ook op honden, zeker als je ermee werkt. Dan moet je zakelijk en terzake zijn. Direct en duidelijk. Op proeven zie je soms voorjagers hele vergadersessies met hun hond houden: als je een hond een lijn wilt geven, dan geef je de richting aan en zodra ‘gesnapt’, wég! Maar men kan dan wijzen en nog eens wijzen en verifiëren en dan nog een keer voor de zekerheid… etc. En wat zie je die hond intussen doen? Die is met van alles bezig, scant de hele horizon af, want die verveelt zich rot, omdat zijn baas zichzelf staat te overtuigen van zijn eigen grootste gelijk. Op kantoor heeft men minder horizon te skimmen, maar wel een telefoon en die is heus minder interessant dan de horizon. 80% verloren tijd en dat is niet het ergste, je verliest je krediet en zaait verwarring.

VERGADEREN

Dit ziet er uit als vlot en zakelijk de hond uit sturen. Soms zie je nog wel eens dat een voorjager een langdurige ‘discussie’ met zijn hond voert. De opleiding hieraan vooraf zorgt ervoor dat de hond rustig blijft zitten. Bij het sturen, geef je de richting aan en zodra de hond je correct snapt (de juiste focus heeft en naar het correcte doel kijkt) heb je hem al gestuurd. Vooral staande honden skimmen graag de horizon af. Als je een tiende seconde te traag bent, dus aan het zeuren en verifiëren bent, is de hond met zijn kop al bij iets anders. 


Het was heel vroeger vooral in Golden kring gebruikelijk om je hond tussen je benen te nemen, de kop tussen je handen en dan maar hannesen om de hond in de juiste baan naar voren te smeken; dat is niet opleiden en krom leiding geven. Het is daarom dat we op wedstrijden niet meer aan de hond zitten, en terecht!!!

Dit artikel is eerder verschenen in
De Jachthond in 2020

auteur: Nel Barendregt
Fotografie: Nel Barendregt

8 - Stop teambuilding sessies

Veel mensen zijn er goed in de hond te behagen en willen de hond laten spelen, spelletjes doen, of wat voor ander hysterisch wangedrag men al niet bedenkt. Maar werkhonden zijn zakelijk, die willen werken, die willen een baas die duidelijkheid verschaft en opdrachten geeft. Daardoor kan hij fier worden op zijn werkprestatie en als dat dan ook gewaardeerd wordt, dan is dat vele malen beter dan stompzinnig een spelletje doen. Want ook tijdens spelen is er een rollenspel, voor honden altijd serieus en wij mensen zijn er goed in om ons dan naar de hond goed belachelijk te maken; dat wil je als manager op je bedrijf niet en als manager van je hond al evenmin.

De reden dat ik spelen stompzinnig vind, kan iets met mijn (calvinistische) boeren afkomst te maken hebben. Altijd is er zo veel werk, zo veel te verbeteren, zo veel te leren, zo veel te ordenen, dat alle tijd daar niet aan besteed, voelt als verloren tijd. Werk naar beter, in plaats van naar voddiger.


Het zal bij mij hopelijk ook altijd zo blijven: zoekend naar de verbetering, naar de intensivering van de communicatie met mijn hond. Op zoek naar de verrijking in mijn eigen hoofd, ook al gaat dat niet altijd over het jagen met honden.